Algemene Bepalingen


Algemene Bepalingen

A1 - Reikwijdte

  1. Het Wetboek FusionCity (FNCW) is van toepassing op alle beschreven situaties, met als aanvulling het Nederlands Recht.

  2. Het FNCW geldt voor het vasteland, de gemeente, en de stad FusionCity.

  3. Het FNCW werkt samen met de Algemene Plaatselijke Verordening FusionCity (APV). De APV biedt richtlijnen voor strafbepaling in rolspel ("in RP") en regelt straffen buiten de RP.

A2 - Geldigheid

  1. Wijzigingen in wetgeving na het feit worden toegepast als deze gunstiger zijn voor de verdachte.

  2. Staff-leden mogen niet oordelen over zaken die henzelf, vrienden of familie betreffen om eerlijkheid te waarborgen.

  3. Minderjarigen worden in FusionCity behandeld als volwassenen, met dezelfde rechten en plichten. Het jeugdstrafrecht is niet van toepassing.

A3 - Verjaring

  1. De verjaringstermijn voor strafvordering is als volgt:

    • Totale strafeis tussen 1 en 100 maanden: 10 dagen;

    • Totale strafeis tussen 101 en 150 maanden: 15 dagen;

    • Totale strafeis tussen 151 en 250 maanden: 30 dagen;

    • Totale strafeis boven 250 maanden: 45 dagen;

  2. Voor misdrijven zonder celstraf geldt geen verjaring.

A4 - Strafbepaling

  1. Straffen zijn vastgelegd per artikel en omvatten:

    • Waarschuwingen

    • Taakstraffen

    • Celstraffen

    • Rijontzeggingen

    • Inbeslagnames

    • Boetes

  2. Straffen kunnen een combinatie zijn van bovenstaande soorten.

  3. Straffen mogen niet hoger zijn dan de vastgestelde waarden, maar kunnen worden verhoogd door opeenvolgende overtredingen.

  4. Bij meerdere slachtoffers van geweldsdelicten wordt de straf met 25% verhoogd per extra slachtoffer, behalve bij gijzeling.

  5. Herhaalde exacte misdrijven met andere omstandigheden verhogen de straf met 50% per extra delict.

  6. Maximumcelstraf is 400 maanden; boven dit bedrag wordt de boete verhoogd met 500 euro per extra maand.

  7. Straffen kunnen worden verminderd door verzachtende omstandigheden of geheel worden kwijtgescholden op basis van uitsluitingsgronden.

  8. Bij het bepalen van de strafmaat worden alle eerdere veroordelingen onder het hoofdartikel meegeteld.

A5 - Strafblad

  1. Straffen met celstraf kunnen leiden tot een strafblad.

  2. Het strafblad blijft 2 maanden voor geweldsdelicten en 1 maand voor andere delicten staan, beginnend op de datum van strafoplegging.

  3. Een nieuwe overtreding kan de resterende tijd van het strafblad resetten als deze langer duurt dan de huidige periode.

  4. Het strafblad beïnvloedt of een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) afgegeven kan worden.

A6 - Verduidelijking en algemene aanvulling

  1. Goederen omvatten alles wat kan worden uitgewisseld, zoals inventaris en voertuigen.

  2. Onderzoek duurt doorgaans maximaal 2 dagen. Na deze termijn moeten goederen worden geretourneerd als er geen conclusie is.

  3. Ambtenaren kunnen niet worden aangeklaagd voor verboden acties die noodzakelijk zijn binnen hun functie, maar blijven wel onderworpen aan andere rechtsvervolging.

  4. Strafbare feiten zijn overtredingen en misdrijven, ook die uit het Nederlandse Strafrecht.

A7 - Inbeslagname

  1. Goederen betrokken bij of verkregen uit strafbare feiten kunnen worden ingeslagen.

    1. Inbeslagname wordt beoordeeld door de Politie en/of Koninklijke Marechaussee.

    2. Inbeslaggenomen goederen worden verwerkt volgens de richtlijnen van de Politie.

  2. Voertuigen kunnen maximaal 3 dagen worden vastgehouden voor onderzoek en kunnen daarna worden uitgekocht of kosteloos worden teruggegeven afhankelijk van het bewijs en omstandigheden.

    1. Verwerking van voertuigen die uit het water zijn gehaald, omvat een extra 10% op het basisuitkooppercentage.

    2. Bij gebrek aan bewijs na 3 dagen wordt het voertuig kosteloos teruggegeven.

    3. Voertuigen die als gestolen zijn opgegeven worden kosteloos teruggegeven.

    4. Bij overlijden van de eigenaar en bewijs van betrokkenheid, wordt het voertuig volgens de standaardregels uitgekocht.

    5. Advocaten hebben 48 uur om bewijs op te vragen, wat de termijn kan verlengen tot maximaal 72 uur.

    6. In beroep gaan tegen een inbeslagname kan alleen met een advocaat of door het klachtenformulier in te vullen.

    7. Uitzonderingen op teruggave gelden voor voertuigen beschreven in Artikel III-14 of bij herhaalde inbeslagnames.

A8 - Openstaande boetes

  1. Openstaande boetes boven de €10.000,- kunnen invloed hebben op de strafeis.

    1. Bij inbeslagname of onderzoek kan betaling van boetes vereist worden.

    2. Openstaande boetes kunnen leiden tot extra boetes of taakstraffen, ter beoordeling van de Hulpofficier van Justitie.

    3. Deze extra boetes of taakstraffen worden toegevoegd aan de totale strafeis.

  2. Het voldoen aan het boetebedrag betekent dat het totale bedrag onder de €10.000,- moet komen.

A9 - Consultatierecht

  1. Verdachten hebben recht op consultatie door hun voorkeursadvocaat vóór een politieverhoor.

  2. Als de voorkeursadvocaat niet beschikbaar is, kan een vervangend advocaat worden ingeschakeld.

  3. De verdachte draagt de kosten van consultatie als deze zelf een advocaat oproept.

  4. Als de verdachte geen advocaat oproept of als dit niet mogelijk is, moet de politie een advocaat inschakelen, tenzij de verdachte expliciet afziet van dit recht.

A10 - Algemene rechtsbeginselen

  1. Beleid en regelgeving moeten voldoen aan algemene rechtsbeginselen:

    • Subsidiariteit: Minst bezwarende maatregelen toepassen.

    • Proportionaliteit: Verhouding tussen acties en feit bewaren.

    • Behoorlijk Bestuur: Vertrouwen, rechtszekerheid, gelijkheid en onpartijdigheid.

    • Legaliteit: Overheidsoptreden moet wettelijke grondslag hebben.

    • Kenbaarheid: Regels moeten toegankelijk zijn voor burgers.

    • Redelijkheid en billijkheid: Redelijkheid en rechtmatigheid als ongeschreven regel.

    • Hoor en wederhoor: Alle partijen moeten hun standpunt kunnen geven.

    • Onschuldpresumptie: Verdachte is onschuldig tot tegendeel bewezen.

    • Détournement de pouvoir: Wet mag alleen worden toegepast waarvoor deze bedoeld is.

    • Ne bis in idem: Niemand mag tweemaal voor hetzelfde feit veroordeeld worden.

    • Schutznorm-beginsel: Geen rechtsgevolg voor vormfouten die de verdachte niet treffen.

A11 - Medeplichtigheid en medeplegen

  1. Medeplichtigen zijn degenen die opzettelijk helpen bij een misdrijf door middelen, gelegenheid of inlichtingen te verschaffen.

  2. Medeplichtigen worden bestraft met een straf die 33% lager is dan de hoofdverdachte.

  3. Daders die gezamenlijk een misdrijf plegen (medeplegen) worden gestraft volgens de strafbepaling van het artikel.

  4. Bij onduidelijkheid over medeplegen of medeplichtigheid kan een Hulpofficier van Justitie, Officier van Justitie of rechter een oordeel vellen.

A12 - Voorhechtenis

  1. Voorhechtenis is alleen toegestaan voor feiten met een celstraf.

  2. Het is alleen toegestaan met wettig overtuigend bewijs van een strafbaar feit.

  3. Maximaal voorhechtenis is 24 uur, verlengbaar tot 72 uur door een hOvJ.

  4. Na 72 uur kan alleen een OvJ toestemming geven voor verdere hechtenis tot de rechtszaak.


Last updated