FusionCity Politie


Politie Wet FusionCity Korps

Hoofdstuk 1: Algemene Bepalingen

1.1 Doel van de Politiewet

Het doel van deze wet is om richtlijnen vast te leggen voor het functioneren van het FusionCity Korps. De regels, procedures en verantwoordelijkheden die hierin beschreven staan, dienen het korps te helpen bij het handhaven van de wet en het bieden van veiligheid aan de burgers van FusionCity.

1.2 Toepassingsgebied

Deze wet is van toepassing op alle leden van het FusionCity Korps, ongeacht rang of functie. Elke overtreding van deze wet kan leiden tot disciplinaire maatregelen, zoals beschreven in Hoofdstuk 6.

1.3 Verantwoordelijkheden van Leden

Elk lid van het FusionCity Korps heeft de verantwoordelijkheid om:

  • De wet te handhaven volgens de richtlijnen in deze wet.

  • Zich professioneel, respectvol en eerlijk op te stellen ten opzichte van collega's, burgers en andere overheidsinstellingen.

  • Altijd handelen in het belang van de openbare veiligheid.

Hoofdstuk 2: Hiërarchie en Rangen

2.1 Rangen en Verantwoordelijkheden

Het FusionCity Korps kent de volgende rangen en verantwoordelijkheden:

  1. Eerste Hoofdcommissaris (E.H. Commissaris)

    • De hoogste leidinggevende van het korps.

    • Verantwoordelijk voor beleidsvorming en eindbeslissingen in disciplinaire zaken.

    • Vertegenwoordigt het korps naar buiten toe.

  2. Hoofdcommissaris (H. Commissaris)

    • Tweede in rang, ondersteunt de Eerste Hoofdcommissaris.

    • Verantwoordelijk voor strategisch leidinggeven aan het korps en het toezicht houden op de dagelijkse operaties.

  3. Commissaris

    • Leidt en coördineert grote operaties.

    • Verantwoordelijk voor de aansturing van de lagere rangen en operationele besluitvorming.

  4. Hoofd Inspecteur (H. Inspecteur)

    • Leidinggevende verantwoordelijk voor de coördinatie van meerdere inspecteurs en brigades.

    • Verantwoordelijk voor speciale operaties en interne evaluaties van politieoptredens.

  5. Inspecteur

    • Houdt toezicht op patrouilles en operaties in hun district.

    • Verantwoordelijk voor het toezicht op Brigadiers en lagere rangen.

  6. Brigadier

    • Verantwoordelijk voor de dagelijkse aansturing van teams tijdens patrouilles en operaties.

    • Coacht en begeleidt Hoofd Agenten en Agenten.

  7. Hoofd Agent (H. Agent)

    • Ervaren agenten met verantwoordelijkheid voor het trainen en begeleiden van Agenten en Surveillanten.

    • Verantwoordelijk voor het rapporteren van incidenten en het uitvoeren van complexe taken.

  8. Agent

    • Uitvoeren van dagelijkse patrouilles en reageren op noodoproepen.

    • Rapporteert aan de Hoofd Agenten en volgt hun instructies.

  9. Surveillant

    • Basistaken zoals verkeerscontrole, toezicht houden en het assisteren van hogere rangen.

    • Voert eenvoudige taken uit onder begeleiding van een Agent of Hoofd Agent.

  10. Aspirant (Politie in Opleiding - Aspirant)

    • Politieleden in opleiding die alleen onder toezicht mogen opereren.

    • Doorlopen een intensief trainingsprogramma voordat ze naar een hogere rang kunnen promoveren.

2.2 Promotie en Demotie

Promotie binnen het FusionCity Korps vindt plaats op basis van ervaring, prestatie en inzet. De Eerste Hoofdcommissaris en Hoofdcommissarissen zijn verantwoordelijk voor het beoordelen van de leden voor mogelijke promotie.

Demotie kan plaatsvinden bij het niet voldoen aan de eisen van een bepaalde rang of bij wangedrag. Deze beslissing wordt genomen door de Hoofdcommissaris of de Eerste Hoofdcommissaris.

Hoofdstuk 3: Inklokken en Werkprocedures

3.1 Inklokken

  • Alle politieleden zijn verplicht in te klokken bij het begin van hun dienst. Dit gebeurt via kloktijd paneel in het Hoofd Bureau (HB of PHB)

  • Inklokken is een vereiste om deel te nemen aan operaties en patrouilles.

  • Niet inklokken kan leiden tot verlies van werktijd en disciplinaire maatregelen.

3.2 Diensttijden

  • Politieleden dienen een minimumaantal uren per week in dienst te zijn, afhankelijk van hun rang en verantwoordelijkheden.

  • Overuren zijn toegestaan mits goedgekeurd door een leidinggevende (Inspecteur of hoger).

3.3 Einde van Dienst

  • Alle leden dienen zich uit te klokken bij het einde van hun dienst. Dit zorgt ervoor dat er een correct overzicht is van wie in dienst is en wanneer.

  • Voor vertrek moet de uitrusting worden ingeleverd en politievoertuigen worden teruggebracht naar de aangewezen parkeerplaatsen.

3.4 Dienstwapens en Uitrusting

  • Alle politieleden dienen hun standaarduitrusting, waaronder dienstwapens, mee te nemen tijdens hun dienst.

  • Misbruik of verlies van uitrusting wordt gezien als een ernstige overtreding en kan leiden tot disciplinaire maatregelen.

Hoofdstuk 4: Patrouille, Verkeer en Arrestaties

4.1 Patrouille Procedures

  • Politieleden dienen in paren of teams te patrouilleren, tenzij anders aangegeven door een leidinggevende.

  • Patrouilles worden uitgevoerd in aangewezen gebieden en dienen gedocumenteerd te worden in het MEOS-systeem.

  • Tijdens patrouilles dient altijd radiocontact gehouden te worden met het hoofdbureau.

4.2 Verkeershandhaving

  • Verkeershandhaving is een van de kernverantwoordelijkheden van het FusionCity Korps. Agenten dienen op te treden tegen verkeersovertredingen zoals snelheidsovertredingen, rijden onder invloed, en onwettig parkeren.

  • Arrestaties kunnen alleen worden uitgevoerd bij ernstige verkeersovertredingen zoals gevaarlijk rijgedrag of rijden onder invloed.

4.3 Arrestatie Procedures

  • Bij het arresteren van een verdachte moeten de rechten van de verdachte altijd worden voorgelezen.

  • Arrestanten dienen naar het dichtstbijzijnde politiebureau te worden gebracht en ingeboekt volgens de procedures die zijn vastgelegd in het MEOS-systeem.

  • Geweld mag alleen worden gebruikt wanneer strikt noodzakelijk en proportioneel.

Hoofdstuk 5: MEOS (Mobiel Operationeel Systeem)

5.1 Gebruik van MEOS

  • Alle politieleden dienen bekend te zijn met het MEOS-systeem en dit correct te gebruiken voor het bijhouden van rapportages, arrestaties en andere administratieve taken.

  • Het MEOS-systeem wordt gebruikt voor:

    • Inklokken en uitklokken.

    • Het bijhouden van patrouilles en incidenten.

    • Het invoeren van boetes, waarschuwingen en arrestaties.

    • Toegang tot criminele dossiers en verdachteprofielen.

5.2 Privacy en Gegevensbeheer

  • Alle informatie in het MEOS-systeem is vertrouwelijk. Onrechtmatig gebruik of verspreiding van deze gegevens wordt beschouwd als een zware overtreding.

  • Alleen de bevoegde leden van het korps mogen toegang hebben tot gevoelige informatie in het MEOS-systeem. Misbruik leidt tot directe disciplinaire maatregelen.

Hoofdstuk 6: Disciplinaire Maatregelen

6.1 Mogelijke Overtredingen

Overtredingen die kunnen leiden tot disciplinaire maatregelen zijn onder andere:

  • Misbruik van macht of geweld.

  • Niet voldoen aan patrouille- en dienstregels.

  • Onjuist gebruik van het MEOS-systeem.

  • Fraude of corruptie.

  • Het schenden van de vertrouwelijkheid van informatie.

  • Het negeren van bevelen van hoger geplaatsten.

6.2 Disciplinaire Acties

Mogelijke disciplinaire maatregelen kunnen zijn:

  • Waarschuwing: Een officiële waarschuwing voor minder ernstige overtredingen.

  • Schorsing: Tijdelijke uitsluiting van dienst met behoud van rang.

  • Degradatie: Verlaging van rang als gevolg van ernstige overtredingen.

  • Ontslag: Permanente verwijdering uit het FusionCity Korps.

6.3 Beslissingsbevoegdheid

Disciplinaire acties worden genomen door de Hoofdcommissaris of Eerste Hoofdcommissaris. Bij ernstige overtredingen kan een tribunaal worden ingesteld om het gedrag van een lid te evalueren.

Hoofdstuk 7: Opleiding en Ontwikkeling

7.1 Training van Aspiranten

  • Alle Aspiranten zijn verplicht om een basisopleiding te volgen voordat zij zelfstandig als agent kunnen optreden.

  • Deze training omvat wetshandhaving, patrouilleprocedures, gebruik van geweld en communicatieprotocollen.

7.2 Voortgezette Opleiding

  • Leden van hogere rangen, zoals Hoofd Agenten en Brigadiers, dienen regelmatig voortgezette trainingen te volgen om hun leiderschap- en operationele vaardigheden te verbeteren.

  • Leden worden aangemoedigd om nieuwe vaardigheden te leren en deel te nemen aan geavanceerde trainingssessies, zoals crisisbeheersing en speciale operaties.

Hoofdstuk 8: Voertuigen en Uitrusting

8.1 Gebruik van Politievoertuigen

  • Politievoertuigen mogen alleen gebruikt worden door agenten en hoger, tenzij een Surveillant onder toezicht van een hoger geplaatste opereert.

  • Voertuigen moeten na elke dienst worden gecontroleerd op schade en correct worden geparkeerd op het politieterrein.

8.2 Voertuigonderhoud

  • Alle politievoertuigen dienen in goede staat te worden gehouden. Schade aan een voertuig moet onmiddellijk worden gemeld en gerepareerd.

  • Misbruik van voertuigen, zoals roekeloos rijgedrag, kan leiden tot sancties.


Slotbepalingen

De Politiewet FusionCity Korps is opgesteld om een veilige en efficiënte samenwerking binnen het korps te waarborgen. Deze wet kan worden herzien en aangepast door de Eerste Hoofdcommissaris in overleg met de Hoofdcommissaris en andere leidinggevenden.


Last updated